Evenals vorig jaar heeft Prinsjesdag niet tot schokkende nieuwe actiepunten voor dga’s geleid. Wel is het opnieuw belangrijk voor dga’s om in de laatste weken van dit jaar nog enkele punten te beoordelen. In dit artikel behandelen we drie actiepunten die voor diverse dga’s van belang zijn en stippen we nog enkele overige aandachtspunten aan.

Dividend in eerste schijf uitkeren!

Voor dga’s geldt dat het tarief in box 2 sinds 2024 uit twee schijven bestaat. Het tarief is in 2025 slechts 24,5% over de eerste € 67.804 box 2-inkomen (voor partners € 135.608 omdat zij het box 2-inkomen kunnen verdelen) en 31% over het meerdere. Dit box 2 tarief is onder andere van toepassing bij dividend uit de B.V., bij verkoop van aandelen van de B.V. en bij overlijden van de dga (voor zover het vermogen van de B.V. uit beleggingsvermogen bestaat). In 2026 blijft het lage tarief ongewijzigd en worden de bedragen geïndexeerd. Normaliter zal het doel blijven niet in de hoge schijf terecht te komen.
 
Het algemene standaardadvies is dit jaar de eerste schijf van 24,5% volledig te benutten. Als dat nog niet gebeurd is, is dit dus een actiepunt voor de resterende weken van dit jaar. Dat zou anders kunnen zijn in onder andere situaties waarin vanwege excessieve schulden aan de B.V. in 2023 en/of 2024 box 2 heffing over fictief box 2 inkomen aan de orde was (zie het volgende onderwerp).
 

Excessieve schulden aan de B.V. inventariseren!

Voor sommige dga’s is nog van belang te kijken naar de gevolgen van excessieve schulden aan de B.V. Over het meerdere boven € 500.000 schuld aan de B.V. per 31 december 2025 is box 2-heffing verschuldigd via de aangifte inkomstenbelasting 2025. Eigenwoningschulden die aan de fiscale voorwaarden voldoen tellen daarbij niet mee, maar voor vanaf 2023 ontstane nieuwe eigenwoningschulden aan de B.V. geldt wel de voorwaarde dat voor het einde van dit jaar via de notaris een hypotheekakte moet zijn geregeld. Dat laatste is niet nodig voor de renteaftrek, maar wel om excessieve schulden te voorkomen.
 
Bij dga’s die verwachten eind 2025 boven de grens van € 500.000 excessieve schulden aan de B.V. uit te komen (inclusief rentebijschrijvingen!), is het vervolgens van belang te beoordelen welke actie dit jaar nog wenselijk is. Soms kan tijdig aflossen (eventueel via dividend) wenselijk zijn, maar in andere gevallen kan het handhaven van de schuld en het voor lief nemen van de box 2 heffing gunstig zijn als dat box 3-heffing bespaart.
 

Strengere giftenaftrekregeling voor B.V.’s!

Vanaf dit jaar is de giftenaftrekregeling in de vennootschapsbelasting strenger geworden:  
 
  1. Een door de B.V. aan een ANBI gedane gift is aftrekbaar voor zover de gift lager is dan het huidige wettelijke maximum van 50% van de fiscale winst, met een maximaal aftrekbedrag van € 100.000. Overigens blijft volledige aftrekbaarheid als reclamekosten gelden indien het giften zijn in het kader van reclame, sponsoring of MVO-beleid van de B.V.  Wat nogal eens misgaat is dat het hier om de fiscale winst gaat.

    Deelnemingsresultaten tellen niet mee vanwege de deelnemingsvrijstelling. Soms is de commerciële winst van een B.V. wel hoog, maar blijft er na aftrek van die deelnemingsresultaten weinig over zodat de genoemde maxima overschreden worden.
  2. Het bedrag van een niet-aftrekbare gift wordt in aanmerking genomen als een voordeel in box 2 voor de dga. Giften die voor de B.V. niet aftrekbaar zijn en als dividend aan de dga beschouwd en belast worden, zijn vervolgens bij de dga slechts aftrekbaar indien de bovengrens van de giftenaftrek in de inkomstenbelasting nog niet bereikt is. 
Voor een B.V. niet aftrekbare giften kunnen vanaf 2025 beter in rekening-courant met de dga worden verwerkt. Het is voor dga’s met B.V.’s die gebruikmaken van de huidige giftenaftrekregeling dus van belang om te bezien wat in 2025 nog mogelijk is op basis van de verwachte fiscale winst over 2025. 
 

Overige aandachtspunten 2025 dga’s

De komende tijd worden veel eindejaarstips gepubliceerd. Voor dga’s kunnen onder andere de volgende punten nog actie in 2025 nodig maken:
 
  • Sinds 2023 kunnen onder andere dga’s een (extra) lijfrentestorting doen omdat vanaf 2023 een veel hoger bedrag aftrekbaar is tegen het hoogste tarief. Veel dga’s hebben daarvoor niet gekozen omdat zij een lijfrente te inflexibel vinden. Voor degenen die er in de afgelopen jaren wel voor gekozen hebben ligt voor de hand ook in 2025 weer een lijfrentestorting te doen. Van belang zal zijn te laten uitrekenen wat in 2025 de optimale hoogte is van die storting.
  • Wat box 3 betreft zijn bekende tips het box 3-vermogen vóór 1 januari 2026 te verlagen door uitgaven of door overheveling van vorderingen of andere beleggingen met een laag rendement naar de B.V. Dat kan nu extra interessant zijn nu het forfaitair rendement voor overige bezittingen (niet-banktegoeden) per 1 januari 2026 fors stijgt naar 7,78% (wat per saldo een vermogensbelasting van 2,8% op die overige bezittingen betekent). Soms is een “Opgaaf werkelijk rendement” een oplossing voor beperking van de box 3-heffing, maar daarbij tellen ook andere vermogensbestanddelen en waardestijgingen mee.
  • Veel particulieren hebben al brieven van de Belastingdienst ontvangen over de mogelijkheid een “Opgaaf werkelijk rendement” (vaak eenvoudig genoemd “OWR’) elektronisch in te vullen en in te dienen. Vooral het jaar 2022 levert vanwege de daling van aandelenkoersen in dat jaar voor diverse particulieren een forse box 3-teruggaaf op.
Met uw belastingadviseur kunt u de mogelijke acties bespreken die in uw eigen situatie van belang zijn. 

25 november 2025
Geplaatst in: Blogs